We verlaten het sympathieke hotel Safir in Homs rijden naar Apameia. Na verlaten van de hoofdweg voert de chauffeur ons door kleine dorpjes. De kinderen zwaaien en lachen breed als we terugzwaaien.
Sedert 1930 hebben Belgische wetenschappers opgravingen gedaan en een deel gerestaureerd van de langste en de breedste ‘ Cardo Maximus ‘ ( hoofdstraat ) uit de oudheid. Ooit was die 1.850m lang !
Bij onze aankomst worden alle waren uitgestald. Kruiden, noten …
JP geeft een korte uiteenzetting en dan kunnen we ( op ons eigen tempo ) aan de wandeling beginnen. Vol bewondering staren we naar zuilen, friezen, versieringen …
Ik zie een mooi plekje om een foto te nemen. Ik wil geen ‘volk’ op mijn foto. Ik zie Jan pogingen doen om op een pilaar te klauteren. Ik wacht geduldig. Een foto nemen duurt toch niet lang. Hij blijft echter springen enz. Uiteindelijk staat hij op de zuil. Maar i.p.v. een foto te nemen trekt hij zijn t-shirt uit ( ???? ). Hij laat zijn broek zakken. ‘ Ola ‘, denk ik, ‘ wat is die van plan ? ‘ Viviane staat klaar met haar fototoestel. Ik stap naar hen toe. Jan staat in slip te poseren. :-) Een echte god ! We schieten plaatjes maar moeten vooral heel hartelijk lachen. Jan kleedt zich gauw aan en we lopen verder. Het verhaal gaat als een lopend vuurtje door de groep. Wat niemand gemerkt had : Staf was aan het filmen.
Dit bezoek was echt wel de moeite. Heel rustig ( geen andere toeristen ), een lach, een toffe wandeling …
Na de lunch in het restaurant ‘ Eifeltoren ‘ ( ???? ) rijden we naar Serjilleh, één van de vele ‘ dode steden ‘ in het Noordwesten van Syrië. Het groene landschap gaat langzaam over in een soort steenwoestijn. Een aantal gebouwen hebben de tand des tijds doorstaan.
Maar ook hier leven mensen. Je houdt het echt niet voor mogelijk. We worden omringd door kinderen. . Ze poseren graag voor de foto.
Eéntje heeft een lammetje op de arm en trekt ieders aandacht.
Onderweg zien we een huis/stal/ruimte ??? waar mannen schapenvellen aan het schoonmaken zijn. We mogen gaan kijken maar we wagen het niet. Het lijkt nogal ‘ smerig ‘. We gaan dan maar kijken hoe de vellen gelooid worden. Alle dorpskinderen komen aangelopen, willen weten hoe we heten, waar we vandaan komen …
In Muraat al Numan, in de karavanserail van Murat Pasha, is het mozaïekmuseum gevestigd. De mozaïeken zijn prachtig. Er mag niet gefotografeerd worden, er is geen catalogus maar er staan toch al Engelstalige bordjes.
De bus brengt ons naar Aleppo. We logeren in het Diwan Rasmy ( charme ) Hotel. De bus kan niet door de nauwe straatjes. Ocharme, de jonge kruiers die alle bagage naar het hotel moeten brengen. JP had Viviane en mij gevraagd of we het erg zouden vinden om in een andere hotel te logeren. Neen, dat vonden we geen probleem. Het was toch maar 200m verder gelegen. 200 m ???? Syrische meters !?!?? Het leek meer op een marathon. Imad spurtte maar verder. Ineens slaat hij links af. Een winkel ??? Neen, het hotel is boven een winkel. Het is er donker. De kamers zijn klein en niet echt schoon. Bij mij staat de airco op 30°. Na die mars was dat wel een beetje teveel van het goede. Buiten gaat het autoverkeer zijn toeterende gang ! De kamer ruikt naar benzine. We beklagen ons. Het lijkt Imads koude kleren niet te raken. We spurtten opnieuw naar het Diwan Rasmy Hotel. Ik hoop nog eventjes te kunnen rusten maar de groep staat klaar om de soek te gaan bezoeken.
We spuwen onze gal bij JP. Maar die mens kan het niet helpen. Alles wordt door de touroperator in België geregeld.
JP, Staf, Viviane en ik sluipen stilletjes weg van de groep. Het wordt een echte ontdekkingsreis. Terwijl wij naar sjaaltjes kijken gaat JP elders info inwinnen. Als hij een goedkoper aanbod vindt komt hij ons verwittigen. Wij maken er ons dan vanaf met : ‘ We’ll think about it ‘. ;-)
Staf vindt toevallig de antiquair waar hij eerder al aankopen deed voor het museum. We kunnen eindelijk zitten, we krijgen thee en laten de mannen onderhandelen.
Na de laatste aankoop ( zeep van Aleppo ) reppen we ons naar het hotel voor het diner.
Daar ontspint zich een felle discussie over ons ‘ slechte hotel ‘. Blijkbaar is er in heel Aleppo geen vrij bed meer te vinden. Bij overboeking heb je recht op een upgrade. Maar zelfs in het nieuwe Sheraton hotel kunnen we niet terecht. Damn !
Gelukkig is ook de chauffeur ondergebracht in het ‘ Bashar Palace ‘ zodat we met de bus meekunnen. We zijn erg moe maar toch klaarwakker.
We willen nog iets drinken maar dat lijkt niet zo eenvoudig. JP heeft zijn eigen koffiefilters meegebracht. Gelukkig ! Daarbij drinken we een flinke scheut cognac. Euhhh, ik hou er niet van maar hoop dat de slaap dan vlugger zal komen.
Ik wil nog gauw douchen maar er is geen warm water. Een dikke bromvlieg zoemt me rond de oren. En de auto’s toeteren lustig verder.
Na weer een te korte nacht worden we in het Diwan Hotel verwacht voor het ontbijt.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten